Niks gevraagd, veel gekregen
Er bellen drie scouts aan. Ze zijn op weg naar hun kampplaats en vragen wat steun. Dat is niet de eerste keer maar nu is er toch iets veranderd. Vroeger vroegen ze om iets te ruilen of om een klusje te klaren. Nu vragen ze gewoon: ‘Geld’. Van een klusje is geen sprake en in iets uit koelkast of keuken hebben ze ook geen zin. Ze zijn vriendelijk en beleefd maar het scheelt niet veel of ze halen vlotjes een betaalterminal uit hun rugzak. Een mens moet wat mee zijn met zijn tijd. Ik zeg dat ik het wel fijn vind dat ze de moed hebben om bij vreemde mensen aan te bellen en geef hen wat geld mee. Toch blijf ik met een vreemd gevoel van een gemiste kans achter.
Ik zoek even op waarom ‘goede daden stellen’ alweer een kernwaarde zijn voor de scouts: ‘Ze helpen anderen met altruïsme zonder eigenbelang. Het kan gaan om kleine dagelijkse daden en een positief gebaar. Zo ontwikkelen ze hun karakter: empathie, verantwoordelijkheid en betrokkenheid bij hun omgeving. De oprichter van de scouts geloofde dat vriendelijk en dienstbaar zijn voor anderen essentieel is voor persoonlijke groei en een betere, zorgzame samenleving.’ De woorden zouden zomaar uit een recente publicatie over positieve psychologie en duurzaam geluk kunnen komen.
Een half uur later loop ik naar de winkel om de hoek. De scouts zitten uitgezakt op een bankje. Ze zijn teleurgesteld. Er hebben weinig mensen open gedaan en ze hebben nergens nog iets gekregen. Ik vertel wat ik net heb gelezen en we smeden een plan. Stel dat je niet meer bij de mensen aanbelt met een vraag maar met een voorstel: ‘Dag. Hoe gaat het met jou? Als je zin hebt komen wij even een praatje slaan. Zomaar. Benieuwd naar hoe het met je gaat en wat wij eventueel van jou kunnen leren.’ Ze vinden het een goed idee.
Anderhalf uur later staan ze weer voor onze deur: ‘Het werkt! We hebben ongelooflijke gesprekken gehad. Wist je dat hier een biljartkampioen woont, een fossielenverzamelaar en een operazangeres? We hebben gespeeld, gelachen en gezongen. En we hebben genoeg voor ons avondeten. Niks gevraagd, veel gekregen.’ – ‘Jullie hebben niets gevraagd maar veel gegeven’, zeg ik. ‘Nog wel het allerbelangrijkste wat je een mens kunt geven: tijd en aandacht. Al is het maar voor even. Het is een schaars en duurzaam goed waarvoor je bij geen betaalterminal terecht kunt.’
Ik vraag naar hun totemnamen (Behendige Zwaluw, Energieke Eekhoorn en Loyale Wolf) en krijg er een karakterstudie bij. En of ze me de scoutsgroet willen leren? We nemen afscheid met drie opgestoken vingers en een duim over onze pink. Niks gevraagd. Veel gekregen.